Westkust bereikt

Vanaf Smithers hebben we de al rustige wegen verlaten voor de nog rustiger Cassius highway die naar Alaska gaat. Eerst tanken we nog even want benzinepompen zijn schaars op dit traject. Eerst rijden we 150 km noordwaarts over rechte wegen door de naaldbossen. Het is een beetje mistroostig, want het miezert een beetje. We komen uiteindelijk bij Meziadin Junction, waar een benzinepomp, general store en cafe (een soort bouwkeet) staat. Dan wordt de weg iets mooier als we naar de grens met Alaska rijden. We stoppen bij de Bear gletsjer die uitkomt in de rivier. In Stwart hebben we een geweldige B&B. We hebben een tuinhuisje in Afrikaanse stijl met Oostenrijkse accenten. We gaan door naar Hyder, op Amerikaans grondgebied. De grens er naar toe is open, want de weg houdt na 37 km op en dan is er 800 km wildernis. We gaan er naar een platform langs de Salmon river waar we beren kunnen spotten die op zalm vissen. Als we niets zien gaan we via een gravelweg naar de Salmon gletsjer. Die is enorm! Op de terugweg gaan we nog eens beren spotten en dan hebben we geluk. Een grizzlybeer komt de rivier in vissen. Hij heeft moite een zalm te vangen, maar het lukt. Hij peuzelt de zalm vlak voor onze ogen op. De volgende morgen staan we om 6 uur weer op het platform. We moeten tot half 8 wachten tot er weer een grizzly de rivier inloopt. Deze beer doet wat snelle pogingen een zalm te vangen, maar loopt dan gewoon door.
We gaan terug naar Smithers (een zwarte beer steekt voor ons de weg over) en gaan verder naar het westen via kleine plaatsjes.
Bij Hazelton bezoeken we een dorp van de First Nations en dan gaan we door naar Terrace, waar we 3 nachten op een camping in een provincial park gaan staan. We nemen een dagje rust en gaan op de feestdag van de provincie Brittisch Columbia net als de locale mensen naar een groot meer met strandje. De volgende dag gaan we naar het Nisga'a Lavabed Memorial park dat op First Nation grond ligt. Behalve van de prachtige natuur genieten we ook van de natuurlijke hot spring en nemen we een heerlijk warm bad in de hottub. En dat is lekker als de camping geen douche heeft en alleen een dumptoilet.
We zijn nu in de havenplaats Prince Rupert aangekomen. We hebben geluk met het weer want het is hier zonnig en 20 graden. Meestal hangt hier mist en regent het. We hebben de oude zalm inblikfabriek bezocht. Morgen een dagje in de grote stad (het heeft wel 12.500 inwoners) doorbrengen voor we donderdag op de ferry naar Vancoucer Island gaan.